Gaas Wadoen – Kater

George, mijn partner in love en handlanger in de moestuin, en ik hebben drie katten.

Katrien, een jolige jongedame in een sjieke grijsgestreepte jurk, haar onnozele nazaat Kareltje en de hoogbejaarde kater Frederik Hendrik, roepnaam Poes.
Iedere ochtend om zeven minuten over zeven zwaai ik de achterdeur open om deze automatische muizenvangers binnen te laten. ‘Poezen! Poe-hoes!’ Kareltje en Katrien stuiven meteen naar binnen, maar Poes kan niet meer zo snel en krakkemikt langzaam en moeizaam richting de achterdeur.
Poes wordt een beetje minder. Letterlijk en figuurlijk. Poes verliest steeds meer gewicht waardoor zijn zwarte smoking vier maten te groot lijkt en steeds ruimer om zijn lijf hangt. Puilde vroeger een paar ons Poes ruimschoots over de rand van zijn mand, nu moet je ìn de mand kijken of ie er echt in ligt.
Zijn statige voorkomen van een deftige kater op stand is veranderd in die van een sjofele vagebond.
Hij krijgt kuren, heeft steeds vaker de bokkenpruik op en is niet meer de baas in huis.
Muizenvangen doet ie al tijden niet meer, sterker nog, wij denken dat ie eigenlijk bang is voor muizen. Poes kijkt moeilijk alsof ie voortdurend hoofdpijn heeft van dat drukke gekwetter van mussen, mezen en merels. Hij wil eigenlijk niet meer naar buiten en zet het liefst zijn nageltjes in de plavuizen als ik ‘m met zachte hand en zwabber voorzichtig richting achterdeur schuif.
Sinds een tijdje heeft een paar eigenaardigheden waar wij nogal van op kijken. Poes mauwt niet meer, Poes blaast! Niet alleen tegen Kareltje en Katrien, maar hij blaast naar zijn brokjes, zijn mand, de sanseveria in de vensterbank , zijn spiegelbeeld en zelfs tegen Rob Trip, onze favoriete onheilsbode. Blazen tegen alles en iedereen en daar maakt hij ook vaak een heel hard geluid bij. Ik schrik me de blubber soms. Volgens mij schrikt Poes er zelf ook van. Wat een poespas allemaal.

Over blazen gesproken, bij het Kielzog kunstencentrum wordt op verschillende blaasinstrumenten lesgegeven: de klarinet, saxofoon, cornet, bugel en trompet om maar eens een paar te noemen.
Trompetten bestonden al voor onze jaartelling. Dat wist u niet hè? Pas aan het einde van de negentiende eeuw werd het mogelijk, door de uitvinding van de ventielen, om alle tonen te spelen.
Er bestaan trompetten in verschillende soorten en maten. En u kunt ze bij het Kielzog gewoon huren. Handig hè!

Wist u trouwens dat volgens Midas Dekkers een kat 40 miljoen haren heeft: 5 miljoen op de rug, 10 miljoen op de buik en 25 miljoen op je bankstel? Maar dat terzijde .

Columns Geplaatst op 03 mei 2015